Wat kan ik doen om bij online inzage de privacy van derden te beschermen?

U kunt er in uitzonderingsgevallen voor kiezen om informatie technisch af te schermen voor de patiënt of de wettelijk vertegenwoordiger.

Het kan in uitzonderlijke gevallen voorkomen dat u informatie van derden ontvangt die relevant zijn voor de behandeling van uw patiënt. Denk hierbij bijvoorbeeld aan informatie van een partner of ouder die specifiek heeft aangegeven dat de informatie niet met de patiënt gedeeld mag worden. Op grond van de KNMG-richtlijn Omgaan met medische gegevens (hoofdstuk 7.1) dient u in deze gevallen te beoordelen of de privacy van de ander door de inzage wordt geschonden én of het belang van de privacybescherming van de ander zwaarder weegt dan het belang van de patiënt op inzage in zijn medisch dossier.

Maar het kan ook zijn dat u informatie niet wilt delen in het dossier, omdat u of uw patiënt niet wil dat de wettelijk vertegenwoordiger de informatie kan lezen. Denk bijvoorbeeld aan een situatie waarin een 15-jarig kind problemen ervaart die zijn terug te leiden op de relatie met de ouders. In dat geval kunt u besluiten dat het delen van de informatie in strijd is met “goed hulpverlenerschap”. Dit wordt toegelicht in hoofdstuk 7.5 van de KNMG-richtlijn.

In beide gevallen kunt u de informatie niet weglaten, omdat dit de kwaliteit van het dossier en de zorg negatief beïnvloedt. U kunt uiteraard wel kijken naar technische oplossingen om te voorkomen dat de gegevens zichtbaar zijn voor de patiënt of de wettelijk vertegenwoordiger. Conform de OPEN ICT-basiseisen  (eis PT_08) biedt uw HIS vanaf 1 juli 2020 deze mogelijkheid.

In onderstaande video licht Annemarie Smilde, adviseur gezondheidsrecht bij VvAA, deze uitzonderingssituatie toe.