“Inmiddels hebben ruim 2,5 miljoen Nederlanders hun huisartsgegevens ingezien via een portaal en ook het gebruik van PGO’s neemt gestaag toe. Dat mag gevierd worden”, zegt dagvoorzitter Hans Oosterkamp. En aangezien OPEN vanaf het begin datagericht werkt, gebruiken ook programmamanagers Martina Bartelink en Bart Brandenburg cijfers om terug te blikken op de afgelopen vier jaar. Van 75 miljoen subsidie en een ambitieus plan op 1 bierviltje, naar een programma met 57 regionale coalities en 36 leveranciers.

Nog meer getallen

Barbara Goezinne, Directeur-Generaal Curatieve Zorg van het ministerie van VWS, voegt nog een getal aan het rijtje toe: “99% van de huisartsenpraktijken hebben online inzage in gebruik genomen. Dat zijn getallen die ik eigenlijk niet ken. Ik ben daarom heel trots op wat hier bereikt is. Door OPEN kunnen patiënten wérkelijk een beter gesprek voeren met hun huisarts omdat ze informatie hebben die ze voorheen niet hadden.”

NHG-bestuurder en huisarts Eric Scheppink noemt de regionale samenwerking een belangrijke succesfactor van het programma: “Met een landelijke aanpak kun je onmogelijk veranderingen doorvoeren in een individuele huisartsenpraktijk.”

Anneke Vass en Martijn Schoormans van OPEN waren gedurende het programma de belangrijkste aanspreekpunten voor de regionale projectleiders en blikken terug op de intensieve samenwerking. “Met de regio’s is online inzage naar de praktijk gebracht en zijn patiënten in staat gesteld om hun eigen leven met eventuele aandoeningen te kunnen volgen. Echt een bijzonder resultaat”, zegt Vass.

OPEN gesprek

Daarna vertellen gasten vanuit verschillende rollen en perspectieven wat OPEN en online inzage voor ze heeft betekend tijdens een tafelgesprek. Reinalda Kerseboom deelt haar ervaringen met online inzage als zorggebruiker. Esther Talboom, lid van de wetenschappelijke begeleidingscommissie van OPEN, legt uit waarom wetenschappelijk onderzoek vanuit OPEN zo belangrijk is geweest: “Wetenschappers hebben steeds de vinger aan de pols kunnen houden: wat gebeurt er met OPEN, wat vinden huisartsen en patiënten ervan? Dat helpt bij opschalen en implementatie van online inzage.”

Bas Bomer startte in 2019 als OPEN-projectleider in de regio Zaanstad. Op de vraag hoe hij huisartsen in beweging heeft gekregen, antwoordt hij: “Ik heb ze vooral begeleid met duidelijke instructies en door goed bereikbaar te zijn. Gelukkig zijn er steeds meer digitaal vaardige huisartsen.” Kees Kanters, CMIO en tot voor kort huisarts, is daar een voorbeeld van: “Luister naar je patiënten. Ze hebben behoefte aan inzage in hun dossier”, luidt zijn advies aan zijn collega’s.

Peter Smithjes, directeur van OmniHis en bestuurslid bij NedXis benoemt de aanvankelijke weerstand onder leveranciers: “Maar het portaalgedeelte is goed gelukt, een hele positieve ontwikkeling.” Over de PGO-route is Smithjes minder te spreken. MedMij-directeur Marc van Dijk erkent dat de praktijk rond het afsprakenstelsel weerbarstig is door de verschillen tussen sectoren en alle verschillende typen patiënten en leveranciers: “Daarom is OPEN voor ons heel belangrijk geweest, het liet zien waar de ‘gaten’ zaten en daar werken we aan.”

Toekomst

In een persoonlijke videoboodschap kondigt de Hongaarse professor en directeur van het Medical Futurist Institute Bertalan Meskó een grote paradigmashift in de zorg aan waarin artificial intelligence onderdeel gaat uitmaken van medische teams. De Amerikaanse keynote speaker Dave DeBronkart (ePatient Dave) voorspelt via een live verbinding eveneens grote veranderingen: “We gaan een enorme toename zien van patiënten die zelf hun problemen oplossen, bijvoorbeeld met zelfmetingen.”

Anneke Vass en Martijn Schoormans nemen aan de hand van een aantal stellingen nog even de gevoelstemperatuur van de zaal op en bedanken de klankbordgroep voor hun goede werk. De middag eindigt met een quiz, een persoonlijk dankwoord van InEen-directeur Anoeska Mosterdijk aan de programmamanagers en uiteraard een borrel waar nog volop verder wordt gepraat.